Soms houdt je puber zich niet aan de regels, ook al heb je duidelijke grenzen gesteld. Dan kan het nodig zijn om straf te geven. Hoe geef je straf en wat is een geschikte straf? Lees deze tips.
Hoe geef je straf?
Leg uit welk gedrag je niet accepteert en waarom. Als je uitleg geeft, werkt de straf beter.
Je puber vindt de straf niet leuk. Je kind kan dan boos worden, maar wees daar niet bang voor. Je kind heeft er zelf voor gekozen om zich niet aan de regels te houden.
Laat de straf niet te lang duren. Een week niet naar feestjes mogen werkt net zo goed als een maand niet naar feestjes mogen. Een korte straf is ook makkelijker uit te voeren.
Je boosheid mag de straf niet erger maken dan nodig is. Zorg daarom dat je eerst rustig wordt voordat je straf geeft.
Laat de straf meteen ingaan. Dat werkt beter dan de straf uitstellen.
Straf niet te vaak. Vaak straffen helpt niet, zeker niet als de band met je kind al niet zo goed is. Straf alleen voor de dingen die jij het meest belangrijk vindt. Wil je de band met je kind verbeteren? Dat kan bijvoorbeeld door aandacht en complimenten te geven.
Geschikte straf
Het is belangrijk dat de straf zo goed mogelijk past bij wat je kind verkeerd heeft gedaan. Voorbeelden van straffen:
Laat je kind de rommel opruimen, repareren wat kapot is gemaakt, of meebetalen (bijvoorbeeld voor een reparatie) van het zakgeld.
Neem tijdelijk iets weg wat je kind leuk vindt: een internet- of telefoonverbod, bankpasje inleveren, huisarrest, geen tv mogen kijken, of niet mogen logeren bij vrienden.
Geef je kind een extra taak of boete: laat je puber vaker afwassen, schoonmaken, of een deel van het zakgeld in een potje doen.
Houd tijdelijk meer controle: laat je kind meteen na school naar huis komen, haal hem of haar op bij de discotheek, of controleer zijn of haar huiswerk.
Laat je kind zelf de gevolgen ervaren: waarschuw je kind niet meer, laat vuile kleding liggen, help niet meer met zoeken naar verloren spullen, of laat je kind ontdekken dat hij of zij niet te laat mag komen omdat je dan je baantje kwijtraakt.
Naar je kamer!
Je kunt je puber ook naar zijn of haar kamer sturen. Op die manier kunnen jullie allebei even tot rust komen. Daarna is het goed om weer naar je kind toe te gaan en samen over de situatie te praten.
Vertel zo duidelijk mogelijk welk gedrag je niet accepteert, maar laat je kind ook zijn of haar kant van het verhaal vertellen.
Ga met respect met elkaar om, ondanks de ruzie.
Nooit slaan!
Straf nooit door te slaan! Slaan is verboden in Nederland en voor een puber is het beledigend.
Steun voor en van ouders
Bijna alle ouders hebben vragen bij de opvoeding van hun puber en die vragen gaan vaak over dezelfde dingen. Misschien ben je benieuwd naar hoe andere ouders hun vragen oplossen. Bij onze cursus ‘Omgaan met pubers’ krijg je informatie en tips over het opvoeden van pubers en kan je ervaringen delen met andere ouders. Klik hier voor meer informatie over de cursus en om je aan te melden. Bij genoeg aanmeldingen gaat er een cursus van start.
Bronnen