Faalangst bij kinderen: tips

Bang zijn om een toets niet te halen, niet naar zwemles willen of geen penalty durven nemen. Faalangst bij kinderen is iets wat veel voorkomt. En dat is ook wel te verklaren, want de verwachtingen bij kinderen zijn vaak hoog. Wil jij weten hoe je meer zelfvertrouwen kunt opbouwen bij je kind, lees dan verder.

Wat is faalangst?

Faalangst is de angst om te mislukken in situaties waarin je wordt beoordeeld of denkt te worden beoordeeld. Je bent bang om iets verkeerd te doen of bang dat je niet kunt voldoen aan bepaalde verwachtingen. Vaak komen lichamelijke signalen voor, zoals zweethanden, een rood hoofd krijgen, vlekken in de nek, veel naar de wc moeten, hartkloppingen, hoofdpijn, buikpijn, misselijk zijn, diarree of overgeven.

De angst om te falen ontstaat in situaties waarin je kind wordt beoordeeld of denkt dat hij of zij wordt beoordeeld. Het heeft het gevoel dat hij of zij het niet kan of dat iemand anders het veel beter kan. Faalangst komt helaas heel vaak voor. 40% van de kinderen op de basisschool tussen de 8 en 12 jaar ervaart faalangst.

Positieve of negatieve faalangst bij kinderen

Faalangst is niet altijd hetzelfde. Er bestaat positieve en negatieve faalangst. Negatieve faalangst is er wanneer je kind het gevoel heeft dat hij moet presteren en bang is dat het niet gaat lukken. Het kind wil het liefst ‘vluchten’ uit deze angstige situatie. Als er een gezonde spanning is, noemen we dat positieve faalangst. De angst is niet zo groot dat het het kind in de weg staat. In dat geval wordt het kind juist gemotiveerd om beter te presteren. Een beetje spanning bij een presentatie kan helpen om scherp te zijn.

Als de spanning dus zo groot is dat het kind slechter presteert dan het zou kunnen, dan spreken we van negatieve faalangst. En dat heeft vaak vervelende gevolgen. Kinderen kunnen een black-out krijgen, lichamelijke klachten hebben of slechte ervaringen opdoen. Deze slechte ervaringen kunnen uiteindelijk leiden tot een negatief zelfbeeld. Het is dus belangrijk om wat te doen aan negatieve faalangst.

Hoe kun je als ouder helpen?

Als ouder is belangrijk om de faalangst te herkennen en te laten weten dat je het ziet. Kinderen schamen zich vaak. Maak het bespreekbaar en laat ze merken dat je wil helpen. Probeer thuis een veilige omgeving te bieden en werk aan het vertrouwen tussen jou en je kind. Met de volgende tips kan je hieraan werken en je kind helpen:

  • Bedenk of jouw verwachtingen van je kind meespelen. Laat je verwachtingen aansluiten bij de leeftijd en mogelijkheden van je kind.
  • Laat je kind merken dat jij vertrouwen in hem/haar hebt: “Het gaat je lukken!”
  • Geef je kind regelmatig complimenten als het iets doet wat het moeilijk vindt en niet opgeeft.
  • Zorg dat je kind zelfstandig dingen kan doen. Dagelijkse taken werken het best: zelf koken, babysitten, boodschappen doen, enzovoort.
  • Probeer in complimenten te focussen op de inzet van je kind in plaats van het resultaat. Zeg dus bijvoorbeeld: “Je hebt echt goed je best gedaan!” in plaats van “Wat goed dat je een 8 hebt gehaald”. Zo leert je kind dat het niet alleen complimenten krijgt bij een goed/hoog resultaat. Dit kan de prestatiedruk die je kind voelt verminderen.

Wil je meer lezen over omgaan met prestatiedruk? Klik dan hier om de website van het NJI te openen.

Bronnen: Mamaplaats & Opvoedinformatie