Leer beter communiceren met je puber

De training ‘Omgaan met pubers’ wordt op dit moment digitaal gegeven. Wat leren ouders bij die training? Een belangrijk onderdeel is de communicatie tussen jou en je puber. Hieronder geven we je een paar tips!

Overleg samen over regels

Als ouder is het belangrijk om grenzen en regels te hebben. Maar pubers zijn daar niet altijd blij mee. Ze zijn jong, willen graag zelf dingen ontdekken en hun eigen keuzes maken. Overleg daarom met je puber over de regels en ga samen op zoek naar een goede oplossing die voor jullie allebei werkt. Pubers houden zich eerder aan afspraken als ze hierover mogen meedenken.

Geef aandacht aan positief contact

Probeer niet te veel naar de negatieve dingen te kijken en geef aandacht aan positief contact met je puber. Als je alleen op het negatieve let, zal je puber zich minder fijn voelen, zich meer afsluiten en zich niet vrij voelen om dingen te bespreken. Er ontstaan dan ook eerder ruzies, die de relatie met je puber moeilijker maken. Laat bijvoorbeeld zien dat je interesse hebt en vraag je puber hoe het met hem of haar gaat. Neem de wensen, gevoelens en ideeën van je puber serieus.

Vaak wordt er gedacht dat pubers niet luisteren naar wat hun ouders te zeggen hebben, maar jouw mening is nog steeds belangrijk voor ze. Dus blijf met elkaar praten en luister naar elkaar. Wees duidelijk naar je puber wat je van hem of haar verwacht. Zo weet je kind waar hij of zij aan toe is.

Tips voor een lastig gesprek met je puber

Wil je over een lastig onderwerp in gesprek gaan met je puber? Of ben je ergens ontevreden over en wil je dat bespreken? Deze vier tips kunnen helpen.

  1. Zorg dat je de aandacht van je puber hebt als je een gesprek met hem of haar begint. Het is belangrijk dat je puber alle aandacht heeft voor dat wat jij wilt zeggen en dus bijvoorbeeld niet op zijn of haar telefoon zit.
  2. Gebruik de ik-vorm: praat vanuit jezelf. Begin niet met ‘jij’, want dat kan overkomen als een aanval op je puber. Hierdoor kan je kind zich onzeker voelen of zich gaan verdedigen, waardoor je een meningsverschil kan krijgen.
  3. Noem het gewenste gedrag, de situatie en het gevolg (de volgorde maakt niet uit). Wees duidelijk, blijf rustig en let op de toon van je stem.
  4. Geef je puber geen mogelijkheid om nee te kunnen zeggen. Stel het niet als een vraag, maar zeg bijvoorbeeld: “Ik wil dat je stopt met…”. Zo geef je je puber zo min mogelijk ruimte en luistert je kind eerder naar je.

Klik hier voor meer informatie over de training ‘Omgaan met pubers’

Deel dit artikel: